Raad van State 23 februari 2024 Rechtbank Den Haag 16 februari 2024 Raad van State 23 januari 2024 Raad van State 16 januari 2024 Raad van State 11 januari 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:RBDHA:2023:10571 Rechtbank Den Haag 19 juli 2023

ECLI:NL:RBDHA:2023:10571

Datum: 19-07-2023

Onderwerp: België

Rechtsgebiedenregister: Asiel- en vluchtelingenrecht

Vindplaats: Avdr.nl


Dublin België – tussenuitspraak – De Belgische autoriteiten hebben verweerder geïnformeerd dat ze niet kunnen voldoen aan hun verplichting om niet kwetsbare vreemdelingen na overdracht op te vangen – de Belgische autoriteiten accepteren de inkomende overdrachten wel en geven aan dat ngo’s noodopvang kunnen bieden en daardoor de menselijke waardigheid wordt geëerbiedigd – de rechtbank stelt vast dat sprake is van een systeemfout en moet daarom beoordelen of, gelet op het arrest Jawo en de Afdelingsjurisprudentie, ernstig moet worden gevreesd dat eiser na overdracht -doordat hij is aangewezen op opvang in een noodvoorziening- in een met artikel 4 Handvest-strijdige situatie zal geraken – het Hof hanteert in Jawo om elementaire basisbehoeften te duiden het begrip “(beschikken over) woonruimte” en de rechtbank overweegt dat dit niet geheel overeenstemt met het door de Afdeling gehanteerde begrip “(het kunnen voorzien in) onderdak” en een meeromvattend recht inhoudt- thans is onvoldoende duidelijk of eiser verzekerd is van een plaats in de noodopvang en thans is onvoldoende duidelijk welke materiële opvangvoorzieningen (op welke termijn) worden geboden indien eiser er in slaagt een plaats in de noodopvang te bemachtigen – de rechtbank acht nader onderzoek zinvol en noodzakelijk en zal niet volstaan met de vaststelling van een motiveringsgebrek omdat de rechtbank ten gronde wil beslissen of de overdracht aan België moet worden verboden - de rechtbank wenst nader te worden geïnformeerd over zowel de juridische verschillen als de feitelijke verschillen tussen de opvangvoorzieningen die de Belgische autoriteiten normaalgesproken aan Dublinclaimanten verstrekken en de voorzieningen waar niet kwetsbare Dublinclaimanten thans -mogelijk- voor in aanmerking komen na de overdracht – de rechtbank heeft 7 vragen geformuleerd die verweerder aan de Belgische autoriteiten dient te stellen om zich nader ter vergewissen van onder meer de vraag of sprake is van 24-uurs opvang en of de Belgische autoriteiten bereid zijn individuele opvanggaranties te verstrekken – iedere verdere beslissing zal worden aangehouden.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Marieke van Eik

advocaat Prakken d’Oliveira Human Rights Lawyers

mr. Wil Eikelboom

advocaat Prakken d’Oliveira Human Rights Lawyers