Rechtbank Rotterdam 1 maart 2024 Centrale Raad van Beroep 10 januari 2024 Arrest van het Hof (Grote kamer) van 21 december 2023. Centrale Raad van Beroep 13 december 2023 Hoge Raad 1 december 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:CRVB:2023:2390 Centrale Raad van Beroep 13 december 2023

ECLI:NL:CRVB:2023:2390

Datum: 13-12-2023

Onderwerp: Voorwaarden

Rechtsgebiedenregister: Sociaal-zekerheidsrecht

Vindplaats: Avdr.nl


Weigering WW-uitkering toe te kennen op grond dat appellant geen werknemer was in de zin van WW en daarom niet verzekerd was voor de wet terecht. Terecht geconcludeerd dat er geen sprake was van een gezagsverhouding tussen appellant en zijn moeder. Ook in hoger beroep niet niet nader toegelicht welke afspraken met moeder zijn gemaakt over werktijden, overuren, ziekteverzuim, het afdragen van premies, reiskosten en vakantiedagen. Appellant heeft op geen enkele manier inzichtelijk gemaakt hoeveel uren hij heeft gewerkt of hoe hij door zijn moeder ter verantwoording werd geroepen met betrekking tot de wijze waarop hij de werkzaamheden uitoefende. Uit het enkele feit dat de Svb appellant voor het verrichten van zijn werkzaamheden heeft betaald uit het pgb van zijn moeder, kan niet worden afgeleid dat daarom sprake is geweest van een gezagsverhouding tussen appellant en zijn moeder. Geen sprake van schending van het non-discriminatiebeginsel.

Ga naar uitspraak