Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:GHARL:2018:9348 Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 26 oktober 2018

ECLI:NL:GHARL:2018:9348

Datum: 26-10-2018

Onderwerp: Objectieve zijde verkeersschuld

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht

Vindplaats: Avdr.nl

Verkeersongeval met dodelijke afloop. Vrijspraak van de primair ten laste gelegde overtreding van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994. De omstandigheid dat verdachte te snel reed en het slachtoffer niet tijdig heeft gezien, hoewel zij voor hem wel waarneembaar moet zijn geweest en verdachte daarop zijn rijgedrag had kunnen en moeten aanpassen, is onvoldoende om te spreken van ‘schuld’ in de zin van artikel 6 van de Wegenverkeerswet 1994. Veroordeling voor de subsidiair ten laste gelegde overtreding van artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994. Verdachte heeft bij het naderen van de oversteekplaats voor fietsers de snelheid van zijn personenauto niet zodanig aangepast dat hij zijn voertuig tot stilstand heeft kunnen brengen binnen de afstand waarover de weg voor hem te overzien was.Verdachte wordt veroordeeld tot betaling van een geldboete van € 500,- en een ontzegging van de bevoegdheid motorrijtuigen te besturen voor de duur van 3 maanden.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Rob ter Haar

plaatsvervangend rechter Rechtbank Overijssel docent Universiteit Utrecht