ECLI:NL:HR:2017:973
Datum: 30-05-2017
Onderwerp: De aanmerkelijke kans
Rechtsgebiedenregister: Strafrecht
Vindplaats: Extern
Poging tot doodslag, meermalen gepleegd. 73-jarige verdachte wordt in zijn eigen woning geconfronteerd met twee mannen, onder wie “de gorilla”, die een langlopend betalingsgeschil komen oplossen. 1. Voorwaardelijk opzet op de dood? 2. Beroep op noodweer, proportionaliteitseis. Ad 1. Gericht laag schieten in het been. De Hoge Raad herhaalt toepasselijke overwegingen uit ECLI:NL:HR:2003:AE9049 t.a.v. voorwaardelijk opzet. Het Hof heeft voorwaardelijk opzet aangenomen. Het in de overwegingen van het Hof besloten liggende oordeel dat de gedragingen van verdachte naar hun uiterlijke verschijningsvorm kunnen worden aangemerkt als zo zeer gericht op de dood van het slachtoffer X dat het niet anders kan zijn dan dat verdachte die aanmerkelijke kans ook bewust heeft aanvaard, is niet zonder meer begrijpelijk, in aanmerking genomen dat verdachte heeft verklaard "ik heb toen eenmaal geschoten, ik schoot laag" en dat het Hof heeft vastgesteld dat hij "gericht laag" heeft geschoten op X. Ad 2. De Hoge Raad herhaalt toepasselijke overwegingen uit ECLI:NL:HR:2016:456 m.b.t. de proportionaliteitseis bij noodweer. Het Hof heeft een noodweersituatie aangenomen, maar heeft het beroep op noodweer verworpen omdat het van dichtbij schieten door verdachte op het bovenlichaam van het slachtoffer Y niet in redelijke verhouding staat tot de ernst van de dreigende aanranding. Dat oordeel is, gelet op hetgeen in voornoemd arrest is vooropgesteld en gelet op ’s Hofs feitelijke vaststellingen, niet zonder meer begrijpelijk.