Rechtbank Rotterdam 1 maart 2024 Centrale Raad van Beroep 10 januari 2024 Arrest van het Hof (Grote kamer) van 21 december 2023. Centrale Raad van Beroep 13 december 2023 Hoge Raad 1 december 2023 Bekijk alles
ECLI:NL:CRVB:2021:2359 Centrale Raad van Beroep 14 september 2021

ECLI:NL:CRVB:2021:2359

Datum: 14-09-2021

Onderwerp: “Evenredigheid” door uitleg van de wet

Rechtsgebiedenregister: Sociaal-zekerheidsrecht

Vindplaats: Avdr.nl

Intrekking en tergvordering AIO. Onroerend goed in het buitenland. Matiging terugvordering. Geen aanknopingspunten dat waarde van de woning destijds hoger was dan nu getaxeerd.- Niet in geschil is dat appellant in de gehele te beoordelen periode eigenaar was van een woning in Marokko en dat hij daarvan niet eerder melding heeft gemaakt. Appellant heeft niet aannemelijk gemaakt dat de woning niet in zijn geheel tot zijn eigendom behoort. - In reactie op vragen van de Raad heeft de Svb aangegeven op dit moment geen concrete aanwijzingen te hebben dat de waarde van de woning in 2006 hoger was dan in 2014/2015. In dit geval moet worden aangenomen dat appellanten bij een juiste en volledige nakoming van de inlichtingenverplichting over een veel kortere periode dan de bijna negen jaar waarover in het bestreden besluit wordt teruggevorderd geen recht op aanvullende bijstand en AIO-aanvulling zouden hebben gehad. Vervolgens zou hen in dat geval gedurende het resterende deel van het tijdvak, waarop de terugvordering ziet, AIO-aanvulling zijn verleend. Daarom zal de Svb aan de hand van een theoretische berekening de periode dienen vast te stellen waarover appellanten geen recht op aanvullende bijstand en AIO-aanvulling zouden hebben gehad. Aangezien bij een juiste en volledige nakoming van de inlichtingenverplichting over die periode geen aanvullende bijstand en AIO-aanvulling had moeten worden verleend, komt het juist voor dat de kosten van AIO-aanvulling over die periode worden gebruteerd.

Ga naar uitspraak
Spreker(s)

mr. Erik Klein Egelink

senior rechter Rechtbank Gelderland