ECLI:NL:HR:2015:689
Datum: 20-03-2015
Uitspraak naam: JPR/Gunning
Onderwerp: Girale betaling
Overige onderwerpen: Geldschuld, Girale betaling, Bank die te goeder trouw betalingsopdrachten uitvoert na faillissement van zijn cliënt wordt niet beschermd, Kan de curator een betaling van ná het faillissement vanaf een rekening met een debetstand terugvorderen, Girale overboeking die pas na faillietverklaring schuldenaar wordt gecrediteerd kan worden teruggevorderd, Terugvordering door curator van girale betaling door schuldenaar, Toepasselijkheid van art. 23 Fw, boedelschuld, fixatiebeginsel , Voorgeschreven Jurisprudentie
Rechtsgebiedenregister: Verbintenissenrecht, Financieel recht, Insolventierecht, Burgerlijk procesrecht
Vindplaats: Avdr.nl
Faillissementsrecht. Terugvordering door curator van girale betaling door schuldenaar (betaalopdracht op dag vóór faillietverklaring, uitvoering door bank op dag van faillietverklaring). Betekenis HR 31 maart 1989, ECLI:NL:HR:1989:AD0705, NJ 1990/1 (Vis q.q./NMB). Beginsel van art. 23 Fw. Inhoud en ratio art. 7:534 BW en art. 66 lid 1 Richtlijn betalingsdiensten; geen invloed op (on)geldigheid betaling. Betekenis intermediair Equens ten opzichte van bank van de schuldenaar; art. 212a sub q en art. 212d Fw.
HR komt ten dele terug van Vis q.q./NMB. Tijdstip van betaling, art. 6:114 lid 2 BW. Curator kan betaalde bedragen terugvorderen waarmee rekening schuldeiser is gecrediteerd na aanvang van dag van faillietverklaring. Rechterlijk overgangsrecht (‘prospective overruling’).