Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 12 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Hoge Raad 5 maart 2024 Bekijk alles
ECLI:NL:HR:2021:110 Hoge Raad 26 januari 2021

ECLI:NL:HR:2021:110

Datum: 26-01-2021

Onderwerp: Materieel-verweer

Rechtsgebiedenregister: Strafrecht

Vindplaats: Extern

Belaging (art. 285b Sr) en bedreiging (art. 285 Sr) van directeur TBS-kliniek en poging tot uitlokking moord (meermalen gepleegd) door aan medegedetineerde namen en adressen van verschillende familieleden te geven en hem te verzoeken die personen om het leven te brengen (art. 289 Sr). TBS met dwangverpleging opgelegd aan verdachte die niet in staat wordt geacht zijn belangen behoorlijk te behartigen. Optreden van aangewezen raadsman. Heeft ex art. 509a jo. 509c Sv aangewezen raadsman daadwerkelijk als raadsman opgetreden, nu deze zonder toga op publieke tribune heeft plaatsgenomen, niet woord tot verdediging heeft gevoerd en zittingszaal vóór requisitoir heeft verlaten? HR herhaalt relevante overwegingen uit ECLI:NL:HR:2009:BI2315 m.b.t. gevallen waarin geen afstand van rechtsbijstand kan worden gedaan. P-v van tz. in h.b. vermeldt dat advocaat aanwezig was als de o.g.v. art. 509a Sv jo. art. 509c Sv aangewezen raadsman van verdachte. Uit dat p-v blijkt echter ook dat deze advocaat niet daadwerkelijk als raadsman t.b.v. verdachte is opgetreden, omdat hij zonder zijn toga te dragen heeft plaatsgenomen op publieke tribune van zittingszaal, hij niet t.b.v. verdachte woord tot verdediging heeft gevoerd en hij voorafgaand aan requisitoir van AG bij hof de zittingszaal heeft verlaten. In aanmerking genomen dat beslissing a.b.i. art. 509a Sv berust op de grond dat verdachte niet in staat is zijn belangen in strafzaak behoorlijk te behartigen en dat daarvoor optreden van aangewezen raadsman is vereist, had hof onder deze omstandigheden de zaak niet op tz. mogen behandelen en vervolgens onderzoek ttz. mogen sluiten en arrest wijzen. Hof heeft dat miskend. HR merkt op dat als beslissing a.b.i. art. 509a.1 Sv wordt genomen, vanaf dat moment o.g.v. art.509d.1 Sv o.m. art. 495b Sv overeenkomstige toepassing vindt. Dat betekent dat (anders dan i.c. is gebeurd) behandeling achter gesloten deuren plaatsvindt, tenzij voorzitter op 1 van de in art. 495b.2 Sv genoemde gronden een openbare behandeling gelast. Volgt vernietiging en terugwijzing.

Ga naar uitspraak